Meisjes in de klas krijgen vaker een lager schooladvies dan jongens

WEST-FRIESLAND, 18 december 2025 – Meisjes krijgen in Nederland structureel lagere schooladviezen dan jongens. Zij scoren gemiddeld beter op de doorstroomtoets en in het voortgezet onderwijs stromen zij vaker naar een hoger niveau op. Dit onderadvisering meisjes schooladvies probleem blijkt uit recente onderzoeken van DUO. Het wordt bevestigd door de antwoorden van staatssecretaris Becking (Onderwijs, Cultuur en Wetenschap) op Kamervragen hierover.

Ondanks beleidsmaatregelen om kansenongelijkheid te verkleinen, blijft onderadvisering van meisjes een hardnekkig probleem. De focus op onderadvisering meisjes schooladvies is noodzakelijk om verbeteringen te realiseren.

Structurele onderadvisering

Uit de jaarlijkse monitoring van DUO blijkt dat onderadvisering voorkomt bij meerdere groepen leerlingen. Meisjes hebben hier bovengemiddeld mee te maken. Bij gelijke geschiktheid krijgen meisjes vaker een lager voorlopig schooladvies dan jongens. Vooral in situaties van onderadvisering meisjes schooladvies gebeurt dit. De staatssecretaris noemt dit โ€œniet acceptabelโ€ en benadrukt dat gelijke prestaties ook moeten leiden tot gelijke onderwijskansen.

De cijfers laten zien dat meisjes gemiddeld hoger scoren op de doorstroomtoets. Dit leidt echter niet altijd tot een definitief hoger schooladvies. Dat wijst volgens deskundigen op een structureel probleem in de advisering. Onbewuste verwachtingen en stereotypen spelen mogelijk een rol. Hierbij moet bijzondere aandacht uitgaan naar het onderadvisering meisjes schooladvies, gezien de impact ervan op lange termijn.

Rol van de doorstroomtoets

De doorstroomtoets is bedoeld als objectief tegenwicht bij het schooladvies. Sinds de invoering van de verplichte bijstelling naar boven krijgen leerlingen die hoger scoren op de toets dan hun voorlopige advies, in veel gevallen een aangepast advies. Volgens het ministerie krijgt inmiddels ongeveer drie op de vier leerlingen met een hogere toetsscore ook daadwerkelijk een bijgesteld advies.

Voor meisjes heeft deze maatregel geleid tot een sterke toename van het aantal bijstellingen. Waar in 2022 nog circa 8.500 meisjes een hoger advies kregen na de eindtoets, steeg dat aantal in 2023 naar ongeveer 21.000 na invoering van de doorstroomtoets. Toch blijft er ook in het definitieve advies een verschil bestaan tussen jongens en meisjes.

Oorzaken nog onduidelijk

Wat precies de oorzaak is van de toegenomen kloof in advisering sinds 2017/2018, is nog niet duidelijk. DUO doet daar geen uitspraken over en geeft aan dat verdiepend onderzoek nodig is. Het ministerie van OCW heeft aangekondigd in 2026 aanvullend onderzoek te starten. Daarbij zullen leerloopbanen van leerlingen over een langere periode worden gevolgd.

Er wordt gekeken naar de periode tussen het voorlopig schooladvies en de uiteindelijke plaatsing in het voortgezet onderwijs. Ook wordt gekeken naar opstroom en afstroom in de eerste jaren van het voortgezet onderwijs. De hogere opstroom van meisjes wordt door de staatssecretaris gezien als een aanwijzing dat zij bij aanvang vaker te laag worden ingeschaald. Onderadvisering meisjes schooladvies vraagt daarom om gerichte interventies en verder onderzoek.

Invloed van ouders en scholen

Een terugkerend punt in het debat is de rol van ouderlijke druk. Onderzoek laat zien dat ouders die actief onderhandelen over het schooladvies vaker een hoger advies voor hun kind weten te verkrijgen. De staatssecretaris stelt dat scholen professioneel en onafhankelijk te werk moeten gaan, maar erkent dat ouderinformatie wel degelijk wordt meegewogen.

Om scholen te ondersteunen is een Handreiking schooladvisering ontwikkeld. Deze moet helpen om het advies zorgvuldig en transparant tot stand te laten komen. Toch blijft de vraag in hoeverre deze instrumenten voldoende zijn om structurele verschillen tussen jongens en meisjes. Zoals onderadvisering meisjes schooladvies, kunnen worden weggenomen.

Discussie over latere selectie

In het bredere debat over kansenongelijkheid komt ook het moment van selectie ter discussie. Verschillende onderzoeken en adviezen, waaronder die van de Onderwijsraad, wijzen erop dat latere selectie kan bijdragen aan eerlijkere kansen. Brede brugklassen en dakpanklassen worden daarbij genoemd als mogelijke oplossingen.

Het kabinet kiest vooralsnog voor behoud van het huidige stelsel, maar zet in op kennisopbouw en experimenten. Daarnaast wordt gewerkt aan een verkenning naar een breder schooladvies, mede naar aanleiding van een motie uit de Tweede Kamer.

Eรฉn landelijke doorstroomtoets

De PO-Raad pleit voor รฉรฉn landelijke doorstroomtoets om verschillen tussen toetsaanbieders te verkleinen en het systeem begrijpelijker te maken. De staatssecretaris staat hier welwillend tegenover, maar acht invoering vรณรณr 2029 niet haalbaar vanwege de benodigde wetswijzigingen en implementatie.

Conclusie

De doorstroomtoets heeft de positie van meisjes verbeterd. Toch lost het probleem van onderadvisering niet volledig op. De structurele verschillen in schooladviezen blijven bestaan. Ze vragen om verdere analyse en gerichte maatregelen. Het aangekondigde vervolgonderzoek moet duidelijk maken waar het systeem tekortschiet. Het moet ook laten zien hoe gelijke kansen voor meisjes en jongens beter kunnen worden gewaarborgd. Bijzondere aandacht zal worden besteed aan het aspect van onderadvisering meisjes schooladvies in het vervolgonderzoek.


Ontdek meer van Westfriesland Praat

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

One thought on “Meisjes krijgen nog te vaak lager schooladvies dan jongens

  1. Dat was dus ook met onze dochter, vmbo advies en nu zit ze op de universiteit rechten studie. Ze had gelijk naar de havo gemoeten en niet na 1 jaar vmbo

Reageer op dit artikel

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.