WEST-FRIESLAND, 19 december 2025 – Sinds 1 januari 2024 is de Waterschapsverordening van het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) van kracht. Deze verordening, die gelijktijdig met de Omgevingswet werd ingevoerd, bevat een ingrijpend lozingsverbod dat grote gevolgen heeft voor de sanitatie in het niet-gerioleerde buitengebied. Met name bedrijven en instellingen die huishoudelijk afvalwater van bedrijfsmatige aard via septic tanks lozen op kleine sloten en vaarten worden hierdoor geraakt.
Einde aan lozing via septic tanks
Tot begin 2024 was het op basis van het Activiteitenbesluit toegestaan om huishoudelijk afvalwater van bedrijfsmatige aard via septic tanks te lozen op het oppervlaktewater. Uit onderzoek van HHNK bleek echter dat vrijwel geen enkele van deze lozingen voldeed aan de geldende lozingseisen. Dat leidde tot structurele aantasting van de waterkwaliteit in sloten en vaarten in het Noorderkwartier.
Met het nieuwe lozingsverbod wil HHNK de waterkwaliteit verbeteren en voldoen aan de Europese Kaderrichtlijn Water. Kleine lozingen vanuit particuliere huishoudens vallen buiten dit verbod, maar locaties zoals bedrijven, zorgboerderijen, recreatievoorzieningen en huisvesting voor buitenlandse werknemers worden er wel direct door geraakt.
Gemeenten krijgen een sleutelrol
Hoewel HHNK juridisch verantwoordelijk is voor het lozingsverbod, heeft de maatregel ook duidelijke consequenties voor gemeenten. Een van de grootste uitdagingen is het ontbreken van een compleet overzicht van alle lozingslocaties. HHNK beschikt niet over een volledig en actueel beeld van wie waar afvalwater loost via septic tanks.
Daarom is afgesproken dat HHNK en gemeenten gezamenlijk optrekken bij de inventarisatie. Gemeenten beschikken immers over lokale gebiedskennis, vergunningendossiers en ruimtelijke informatie die essentieel zijn om deze lozers in beeld te brengen.
Drie stappen naar naleving
In regionaal bestuurlijk overleg is een gezamenlijke aanpak afgesproken, bestaande uit drie opeenvolgende stappen.
Stap 1: Inventarisatie van lozingslocaties
Samen met gemeenten brengt HHNK alle bestaande en potentiële lozingslocaties in kaart. Daarbij wordt gebruikgemaakt van bestaande datasets, signalen uit de praktijk en lokale kennis.
Stap 2: Oplossingsrichtingen bepalen
Per gemeente wordt vervolgens een plan van aanpak opgesteld. Daarbij wordt gekeken waar aanleg van riolering technisch en financieel haalbaar is en waar alternatieve oplossingen nodig zijn. Denk hierbij aan individuele voorzieningen zoals gesloten buffertanks die periodiek worden geleegd en afgevoerd naar de rioolwaterzuivering.
Stap 3: Verbinding en communicatie
Naast algemene communicatie door HHNK vindt gerichte communicatie plaats met specifieke lozers. In veel gevallen gebeurt dit gezamenlijk door HHNK en gemeenten, om duidelijkheid te bieden over verplichtingen, termijnen en mogelijke oplossingen.
Overgangstermijnen en aangepaste handhaving
Voor bestaande lozers geldt formeel een overgangstermijn tot 1 januari 2026. HHNK heeft echter vastgesteld dat het praktisch onmogelijk is om alle benodigde stappen vóór die datum te doorlopen. Daarom is de handhavingsstrategie aangepast.
Voor locaties waar aanleg van riolering niet realistisch is, geldt een uiterste datum van 1 januari 2027 voor het realiseren van een alternatieve voorziening. Waar riolering wel mogelijk is, geldt zelfs een termijn tot 1 januari 2031. Deze langere periode is nodig vanwege de complexe voorbereiding, besluitvorming en uitvoering van rioolprojecten.
Positieve én negatieve gevolgen
Het lozingsverbod heeft onmiskenbaar positieve effecten. De waterkwaliteit van sloten en vaarten verbetert en de regio zet een belangrijke stap richting naleving van de Kaderrichtlijn Water. Tegelijkertijd zijn er ook nadelen en onzekerheden.
Ondernemers zullen in principe zelf moeten investeren in nieuwe voorzieningen. Toch is niet uit te sluiten dat gemeenten financieel moeten bijdragen, bijvoorbeeld bij collectieve oplossingen of rioolaanleg. Daarnaast kan de aanleg van nieuwe riolering leiden tot extra aansluitplichten voor tussenliggende percelen.
Ook bij vergunningverlening en ruimtelijke plannen ontstaat extra complexiteit. Nieuwe bedrijfsmatige lozingen via septic tanks zijn sinds 1 januari 2024 niet meer toegestaan. Dat betekent dat gemeenten hier bij omgevingsvergunningen nadrukkelijk rekening mee moeten houden.
Belang van tijdige communicatie
Cruciaal voor het slagen van deze aanpak is tijdige en duidelijke communicatie met de betrokken lozers. HHNK heeft hierin het voortouw genomen en via de media al aandacht gevraagd voor het lozingsverbod. Toch blijft directe, gerichte communicatie noodzakelijk om onduidelijkheid en weerstand te voorkomen.
Voor gemeenten betekent dit een intensievere rol in het buitengebied, waarbij samenwerking met HHNK essentieel is. Alleen door gezamenlijke inzet kan worden gezorgd voor een haalbare overgang naar duurzame en toekomstbestendige sanitatie in het buitengebied.
Ontdek meer van Westfriesland Praat
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.










