Westfriesland – Het Nationaal Fonds Kinderhulp constateert in een nieuw rapport een zorgwekkende stijging van 40 procent in de aanvragen voor basisvoorzieningen,’ zegt Mirjam Andries van Movisie. Voorheen werd het fonds vaak benaderd met aanvragen voor grotere items als een bed of laptop, maar de laatste jaren verschuift dit naar basale producten als kleding en persoonlijke verzorgingsproducten als maandverband, tandpasta en deodorant. Verrassend, omdat volgens de laatste cijfers van het CBS het aantal mensen onder de armoedegrens juist daalt.
De daling van de armoedecijfers is duidelijk zichtbaar in de laatste cijfers van het CBS, die afgelopen oktober zijn gepubliceerd bij de presentatie van een nieuwe meetmethode. Andries: ‘Bij deze nieuwe methode om armoede te meten worden nu ook uitgaven voor wonen en energie en het financieel vermogen meegenomen. In 2023 waren er volgens deze nieuwe cijfers 540 duizend mensen in Nederland arm: 3,1 procent van de bevolking. In 2018 was dat nog 7,1 procent.’
‘Een daling dus, maar geen reden tot blijdschap, want hulpfondsen als het Nationaal Fonds Kinderhulp en Stichting Urgente Noden zien het aantal aanvragen alleen maar toenemen,’ aldus Andries. ‘Wat is er dan aan de hand? Volgens de nieuwe meetmethode neemt het aantal mensen in armoede wel af, maar neemt de ernst van de armoede, de ‘armoede-intensiteit’ (hoe ver het inkomen onder de armoedegrens ligt) toe. De armoede verdiept dus.’
‘Daarnaast hebben 1,2 miljoen mensen met een inkomen tot 25 procent boven de armoedegrens weinig tot geen financiële buffer. Als we die cijfers bij elkaar optellen zijn 1,74 miljoen mensen in Nederland financieel kwetsbaar. Ook zien we in de cijfers dat de groep werkende armen is toegenomen. Dat zijn mensen die vaak niet in zicht zijn bij gemeenten en buiten allerlei (lokale) armoederegelingen vallen.’
‘Opgroeien in armoede heeft verstrekkende negatieve gevolgen voor het leven van kinderen, die ook kunnen doorwerken als zij volwassen zijn’ gaat Mirjam Andries verder. ‘Kinderen met risico op armoede hebben bijvoorbeeld vaker gezondheidsproblemen en het heeft een negatieve invloed op hun mentale gezondheid. Gevolgen als sociale uitsluiting en lagere schoolprestaties belemmeren hun emotionele ontwikkeling en verminderen hun kansen.’
Tot slot zegt Andries dat om al die problemen tegelijk aan te pakken moet het armoedevraagstuk integraal benaderd worden. ‘De overheid moet zowel landelijk als lokaal integraal armoedebeleid ontwikkelen. Er is dus veel werk aan de winkel.’
Ontdek meer van Westfriesland Praat
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.