Column: Stemmen voor de zwaksten – of voor eigen gewin?

De Tweede Kamer

Het politieke toneel in Den Haag lijkt soms meer op een strategisch schaakspel dan op een arena waar de belangen van gewone Nederlanders worden verdedigd. Zeker wanneer het gaat om de mensen aan de onderkant van de samenleving: minima, mensen met schulden, alleenstaande ouders en chronisch zieken. Deze groep is afhankelijk van politieke keuzes, maar hun belangen worden vaak gebruikt als wisselgeld in coalitieonderhandelingen. Het stemgedrag in de Tweede Kamer laat haarscherp zien welke partijen écht staan voor sociale rechtvaardigheid – en welke vooral mooie woorden spreken tijdens campagnetijd.

VVD

Neem de VVD. Deze partij presenteert zich graag als de kampioen van economische vooruitgang. Maar zodra het gaat over hogere uitkeringen, ruimere toeslagen of het kwijtschelden van schulden, kleurt de stemlijst opvallend vaak rood: tégen. De VVD benadrukt ‘eigen verantwoordelijkheid’ en is beducht voor ‘afhankelijkheid van de overheid’. Dat klinkt mooi, maar in de praktijk betekent het dat iemand met een minimumloon of een bijstandsuitkering steeds vaker zelf moet opdraaien voor stijgende woonlasten en zorgkosten.

PVV

De PVV, nu de grootste partij, heeft een dubbel gezicht. In verkiezingsprogramma’s klinkt het vaak warm: hogere AOW, lagere energielasten, en opkomen voor de ‘gewone Nederlander’. Maar in stemmingen blijkt de partij vooral te scoren op symbolische voorstellen, zoals het verlagen van de btw op boodschappen, die vervolgens geen meerderheid halen. Bij ingewikkelde dossiers zoals structurele armoedebestrijding of investeringen in schuldhulpverlening blijft de PVV opvallend vaak afwezig of stemt ze tegen. Het lijkt soms meer om het politieke theater te gaan dan om daadwerkelijke verandering.

SP/PvdA/GroenLinks

Aan de andere kant van het spectrum vinden we SP, PvdA en GroenLinks. Deze partijen stemmen doorgaans vóór maatregelen die de laagste inkomens ontlasten. Denk aan verhoging van het minimumloon, verlaging van zorgpremies en het terugbrengen van de huren in de sociale sector. Toch is ook hier nuance nodig. Tijdens de formatiegesprekken zien we dat idealen vaak worden ingeruild voor compromissen. Zo stemde de PvdA in eerdere kabinetten mee met bezuinigingen op de zorg en sociale zekerheid, ondanks hevige kritiek van hun eigen achterban.

CDA

Het CDA balanceert tussen sociaal en zakelijk. Historisch gezien heeft de partij oog voor kwetsbare groepen, maar in recente jaren wordt vaker meegestemd met de VVD-lijn. Het gevolg is dat veel plannen voor directe inkomensverbetering sneuvelen. Bij onderwerpen als schuldhulpverlening en voedselbanken laat het CDA zich echter nog wel sociaal zien, maar altijd met de nadruk op ‘participatie’ en gemeenschapszin.

ChristenUnie

De ChristenUnie is een interessante speler. Hoewel klein, heeft de partij bij veel kabinetten een sleutelpositie gehad. Hun stemgedrag toont vaak compassie voor mensen in armoede: ze steunen bijvoorbeeld structurele verhogingen van het kindgebonden budget en initiatieven voor schuldhulp. Tegelijkertijd botsen hun christelijke waarden soms met voorstellen op andere terreinen, zoals gelijke rechten voor bepaalde groepen, wat het beeld complex maakt.

D66

D66 noemt zichzelf sociaal-liberaal, maar hun stemgedrag verraadt een voorkeur voor economische prikkels en hervormingen boven directe inkomenssteun. Ze zijn bijvoorbeeld voorstander van hervorming van toeslagen, maar vaak via complexe systemen die op korte termijn weinig verlichting bieden voor mensen in armoede.

Opvallend is de rol van kleinere partijen zoals Partij voor de Dieren en Volt. Volt en de Partij voor de Dieren steunen sociale maatregelen, maar koppelen dit vaak aan bredere thema’s zoals duurzaamheid of Europese samenwerking.

Volt en PvdD

Het stemgedrag laat zien dat er een kloof bestaat tussen retoriek en realiteit. Bij verkiezingen beloven vrijwel alle partijen iets voor de ‘gewone Nederlander’, maar zodra het gaat om de daadwerkelijke verdeling van geld en middelen, blijken politieke belangen vaak zwaarder te wegen. De laagste inkomensgroepen blijven zo speelbal van compromissen, terwijl ze juist behoefte hebben aan stabiliteit en zekerheid.

De vraag is of dit ooit zal veranderen. Zolang partijen hun beloftes blijven inruilen voor macht, blijft de stem van de onderkant van de samenleving een fluistering in een Haagse arena vol geschreeuw. Misschien is het tijd dat kiezers niet alleen luisteren naar mooie woorden, maar ook kijken naar de daden – zwart op wit vastgelegd in het stemgedrag van de Tweede Kamer.

Henk Prins

Mijn column kom je ook bij andere media tegen.

ps, stem met je verstand, niet met je onderbuikgevoelens


Ontdek meer van Westfriesland Praat

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.