Column: Iedereen wil verandering, maar niet op hun stoep

black metal current posts

Er moet gebouwd worden. Veel en snel. Want starters blijven thuis bij hun ouders wonen, gezinnen wonen opgepropt in te kleine appartementen, en ouderen kunnen nergens naartoe. Iedereen is het erover eens: Nederland zit op slot en de woningnood is nijpend.

En het stroomnet dan? Dat kraakt net zo hard in zijn voegen. TenneT moet uitbreiden, anders komen straks hele wijken in het donker te zitten — of zonder laadpalen, warmtepompen en zonnepanelen. Ook daarover is iedereen het roerend eens: doe iets! Versnelling is het devies. Groene energie? Ja graag. Klimaatdoelen? Natuurlijk.

Maar dan komt het moment waarop er daadwerkelijk een plan op tafel ligt. Er moet een hoogspanningsstation komen. Of een nieuwe woonwijk aan de rand van een dorp. Ineens verandert de toon. De protestborden schieten uit de grond. De actiegroep “Red ons uitzicht” heeft een website. De petitie wordt tienduizenden keren getekend. En de politiek? Die zwicht, of zoekt naar ‘uitstel tot nader onderzoek’.

Welkom in de wereld van Not In My Backyard, oftewel: NIMBY.

Het is het grote politieke en maatschappelijke raadsel van deze tijd: hoe kan het dat we collectief roepen dat er iets moet gebeuren, maar massaal afhaken zodra die verandering te dichtbij komt?

Het antwoord is pijnlijk eenvoudig: we willen verandering, maar we willen er niet door geraakt worden. We willen woningen, maar niet het verkeer, de bouwlawaai of de nieuwe horizon. We willen stroomzekerheid, maar geen hoogspanningsmasten achter de tuin. We willen klimaatbeleid, maar geen windmolens in de polder waar we graag fietsen.

De NIMBY-reflex is niet nieuw. Elke tijd kent zijn protestbewegingen tegen infrastructuur, industrie of stadsuitbreiding. Maar wat het vandaag wranger maakt, is dat we in een tijd leven waarin de urgentie groter is dan ooit. De woningnood is niet abstract; het raakt onze kinderen, vrienden, collega’s. De overbelasting van het elektriciteitsnet leidt nu al tot stop op nieuwe aansluitingen. Projectontwikkelaars haken af, gemeenten kunnen niet bouwen.

Toch lijkt de reflex sterker dan de redelijkheid. Want zodra de kaartjes met de nieuwe plannen in de lokale krant verschijnen, is de verontwaardiging daar. “Waarom hier?”, “Dit had ik niet verwacht”, “Er zijn toch betere plekken?” Het liefst op een andere plek — liefst niet in mijn straat, mijn wijk, mijn gemeente.

En natuurlijk is het legitiem om vragen te stellen. Over de inpassing, over natuur, over leefbaarheid. Participatie is cruciaal, plannen moeten zorgvuldig. Maar er is een verschil tussen meedenken en blokkeren. Tussen kritisch zijn en saboteren. Het publieke belang moet zwaarder wegen dan het individuele ongemak.

Wat we vergeten, is dat de oplossing voor deze grote vraagstukken per definitie ruimte vraagt. Echte ruimte. En die ligt niet in een vacuüm. Die ruimte ligt altijd bij iemand in de achtertuin. Het is de ongemakkelijke waarheid van onze tijd: wie verandering wil, moet bereid zijn om een stukje op te geven van zijn vertrouwde uitzicht, zijn parkeerplaats, zijn weiland.

Wat helpt, is eerlijkheid. Van overheid tot burger. Laten we ophouden met de schijn dat alles kan zonder pijn. Dat we 900.000 woningen kunnen bouwen zonder te verdichten. Dat we de energietransitie kunnen uitvoeren zonder kabels, transformatorstations of windmolens in het zicht. Dat is een illusie, en zolang we daarin blijven geloven, blijven we hangen in uitstel en frustratie.

Laten we de reflex van Not In My Backyard vervangen door een nieuwe houding: Yes, In Our Backyard. Niet kritiekloos, niet naïef, maar solidair. Want die woningen zijn ook voor jouw kinderen. Die kabels zorgen dat jouw warmtepomp werkt. Die uitbreiding is geen verlies van ruimte, maar een investering in toekomst.

Verandering doet soms pijn. Maar stilstand is dodelijk.

Deze column verscheen eerder in andere media

Ik schrijf mijn column op persoonlijke titel.
Meer van Henk Prins


Ontdek meer van Westfriesland Praat

Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.