PvdA/GroenLinks vraagt om actie: toekomst vrouwenopvang in Opmeer onder de loep
OPMEER, 5 december 2025 – Jaarlijks wordt in november en december wereldwijd stilgestaan bij geweld tegen vrouwen. Een periode die bedoeld is om bewustwording te vergroten, solidariteit te tonen en beleidsmakers aan te sporen tot verbetering. In Opmeer greep PvdA/GroenLinks deze periode aan om het onderwerp nadrukkelijk op de lokale politieke agenda te plaatsen. Raadslid Jan van Lieshout heeft namens zijn fractie schriftelijke vragen gesteld aan het college over de staat van de vrouwenopvang in de regio en de verantwoordelijkheid van de gemeente.
De aanleiding voor de vragen is duidelijk en urgent: het aantal meldingen van huiselijk geweld blijft stijgen, terwijl de capaciteit van opvanglocaties achterblijft. Hulpdiensten geven aan dat ze onvoldoende middelen hebben om alle noodsituaties adequaat op te vangen. Dat baart de fractie grote zorgen, en volgens Van Lieshout is het tijd voor structurele aandacht én actie.
Hoe toegankelijk is vrouwenopvang in Opmeer?
De eerste vraag van Van Lieshout richt zich op de toegankelijkheid van de opvang voor inwoners van Opmeer. Hoewel de gemeente zelf geen eigen opvanglocatie bezit, is zij – net als andere gemeenten – wel verantwoordelijk voor toegang tot regionale voorzieningen. Door te vragen hoe het college de huidige situatie beoordeelt, wil PvdA/GroenLinks inzicht krijgen in de knelpunten die inwoners ervaren wanneer zij in een acute onveilige situatie terechtkomen.
Toegankelijkheid gaat immers niet alleen over beschikbare plekken, maar ook over bereikbaarheid, wachttijden, veiligheid en de aanwezigheid van laagdrempelige hulpverlening. Voor slachtoffers telt iedere minuut.
Regionale samenwerking noodzakelijk?

Van Lieshout vraagt het college vervolgens of het bereid is om in regionaal verband te onderzoeken of uitbreiding of versterking van de vrouwenopvangvoorzieningen nodig is. Daarmee wijst hij op het groeiende besef dat kleinere gemeenten zoals Opmeer niet zelfstandig alle voorzieningen kunnen organiseren.
Een regionale aanpak kan leiden tot betere spreiding van opvangplekken, gezamenlijke financiering en efficiëntere inzet van expertise. De vraag benadrukt ook dat de huidige capaciteit onder druk staat: in veel regio’s is structureel sprake van tekort aan plekken voor vrouwen én kinderen die in nood moeten vluchten.
Welke rol kan Opmeer zelf spelen?
Een derde vraag richt zich op de eigen verantwoordelijkheid van de gemeente. Van Lieshout wil weten welke rol Opmeer kan en wil spelen bij het verbeteren van de opvangmogelijkheden. Dat kan variëren van financiële bijdragen tot het organiseren van crisisopvang, of het versterken van samenwerking tussen hulpverleningsinstanties.
De fractie vraagt hiermee nadrukkelijk om regie: als huiselijk geweld toeneemt, moet ook de gemeentelijke aanpak mee veranderen.
Rijksbudget van €12 miljoen: kansen voor Opmeer?
Interessant is ook de verwijzing naar de Rijksbegroting, waarin vanaf 2026 structureel €12 miljoen wordt uitgetrokken voor de decentralisatie-uitkering Vrouwenopvang. Dit budget is bedoeld om extra opvangplekken te realiseren.
Van Lieshout wil weten of het college op de hoogte is van deze regeling én of het bereid is om, eventueel met regionale partners, aanspraak te maken op dit geld. Dat is niet onbelangrijk: wanneer gemeenten geen initiatief tonen, blijft het beschikbare geld onbenut terwijl de tekorten in opvangplaatsen blijven bestaan. Door nu al te vragen naar de bereidheid van het college, voorkomt PvdA/GroenLinks dat kansen verloren gaan.
Waarom deze vragen juist nú belangrijk zijn
De timing van de schriftelijke vragen is politiek en maatschappelijk relevant. In de jaarlijkse campagne tegen geweld tegen vrouwen komt steeds opnieuw naar voren dat:
- slachtoffers vaak geen directe veilige plek hebben,
- gemeenten moeite hebben om opvang te financieren,
- regionale centra overvol raken,
- én dat preventie en nazorg nog altijd tekortschieten.
Door het probleem lokaal zichtbaar te maken, vraagt PvdA/GroenLinks aandacht voor zowel slachtoffers als hulpverleners. De boodschap is helder: Opmeer moet een actieve rol spelen in het verbeteren van veiligheid en opvang, niet alleen reageren wanneer problemen escaleren.
Wat zijn de volgende stappen?
Het college moet de vragen binnen de gebruikelijke termijn beantwoorden. Afhankelijk van de reactie kan het onderwerp terugkomen in de gemeenteraad, of kan worden besloten tot deelname aan regionale onderzoeken of projecten.
Aanspraak maken op Rijksmiddelen is daarbij een kans die Opmeer niet mag laten liggen. Extra opvanglocaties en betere samenwerking kunnen het verschil betekenen voor vrouwen die op een moment van acute nood nergens anders heen kunnen.
Met zijn schriftelijke vragen legt Jan van Lieshout namens PvdA/GroenLinks een belangrijk maatschappelijk probleem op tafel. De fractie wil dat Opmeer verantwoordelijkheid neemt, actief deelneemt aan regionale samenwerking en gebruikmaakt van landelijke middelen om de opvangcapaciteit te verbeteren. Hoe het college hierop reageert, wordt bepalend voor de koers die Opmeer de komende jaren kiest op het gebied van veiligheid en bescherming van kwetsbare inwoners.
Ontdek meer van Westfriesland Praat
Abonneer je om de nieuwste berichten naar je e-mail te laten verzenden.











